Open en gesloten grenzen
Systemen zijn dus beïnvloedbaar. De mate waarin verschilt. We spreken over open en gesloten grenzen.
Open systemen
- Open systemen staan in voortdurende wisselwerking met hun omgeving. Het systeem wordt beïnvloedt door systemen rondom hem of omgekeerd. Het systeem beïnvloedt zelf de systemen rondom. Gewoonlijk loopt deze wisselwerking min of meer een proces door. Een proces is een serie van (mentale) activiteiten. Voor deze activiteiten is informatie en communicatie nodig.
- Er is een voortdurende instroom, uitstroom en doorstroming van informatie. Daardoor zijn alle delen voortdurend in verandering. Alle delen van het systeem zijn betrokken op elkaar en op het geheel.
​
Extreem open systeem - Los-zandsysteem
- Er is een grote emotionele afstand tussen de verschillende leden
- Er is een gebrek aan betrokkenheid tussen de verschillende leden
- Onafhankelijkheid, activiteiten buiten het gezin zijn zeer belangrijk
- Je mag niet afhankelijk zijn van een de leden van het gezin
Bijvoorbeeld: Johan is homo en uit zich in een klas met open grenzen
De leden van het systeem 'klas' zijn begaan met het welbevinden van Johan. Zijn verhaal en gevoelens krijgen een plaats in het klas. Hij wordt aanvaard zoals hij is. Hoe meer informatie en opbouwende communicatie er in de klas is, hoe gemakkelijker dit proces verloopt.
In een extreem open systeem kan Johan zich uiten als eender wat. Er is niemand die zich emotioneel betrokken voelt bij het welbevinden van Johan.
​
​
​
​
​
Gesloten systemen
- Zijn niet in voortdurende wisselwerking en verandering: nieuwe inzichten, andere gewoontes vinden moeilijk ingang.
- Hebben een sterk gedeeld gedachtegoed. Men vindt het belangrijk deze niet in vraag te stellen om de groep te horen.
Extreem gesloten systeem - kluwensysteem
- Hebben weinig contact met de buitenwereld, externen
- Hebben een sterk centraal gezagsfiguur die zegt hoe men zich moet gedragen
- Hebben een strikt gedachtegoed: verschillen tussen mensen worden gewantrouwd en veroordeeld
- Hebben een sterke onderlinge afhankelijk in de relaties waarbij de nadruk ligt op loyaliteit, gedeelde meningen en gezamenlijke activiteiten
Bijvoorbeeld: Johan is homo en uit zich in een klas met gesloten grenzen:
-
Door zich als homo te uiten heeft Johan een andere mening dan andere leerlingen over seksualiteitsbeleving. Hij heeft een andere seksuele identiteit.
-
De klas hanteert een sterk gedeeld gedachtegoed waarin homo-zijn als afwijkend wordt beschouwd.
​In een extreem gesloten systeem zal Johan geconfronteerd worden met een gezagsfiguur die zijn/haar visie op seksuele identiteit zal doordrukken in de klas. Andere leden van het systeem 'klas' zullen uit loyaliteit (of andere redenen) de gezagsfiguur hierin volgen.
Grenzen liggen meestal niet star vast.
- In een gezond functionerend systeem gaat men over tot het onderhandelen en bespreken van de grenzen. Het is belangrijk om duidelijk te zijn over de grenzen van het systeem, zowel intern (binnen het systeem) als extern (buiten het systeem).
- Zelden kan een systeem met één term worden omschreven. De ene relatie kan zich kluwenachtig ontwikkelen, terwijl de andere juist als los-zand aan elkaar hangt.
Bijvoorbeeld: Zo kan de klas van Johan meer open zijn op gebied van seksuele identiteit maar meer gesloten zijn op gebied van gezondheidszorg (en traditioneel geneeskunde verkiezen). Of omgekeerd: de klas kan een meer open houding hanteren naar alternatieve geneeskunde maar meer behoudsgezind (gesloten) zijn op gebied van seksualiteitsbeleving.
​
​
​
​